Wednesday, October 10, 2007

Waarom staken we 250 kaarsen aan op de markt van Aalst op 5 oktober 2007

Welkom aan ieder van jullie die deze avond naar hier zijn gekomen.
We zijn heel blij dat jullie op onze uitnodiging zijn ingegaan en dat jullie er zijn.

We zijn hier samen om te gedenken en om niet te vergeten.
We gedenken de duizenden kinderen en jongeren, wier leven vergeleken kan worden met een kleine kaars, die wordt aangestoken en waarvan de vlam op heel korte tijd uitgaat.
Ofwel is dat kaarsje zo klein en broos en kwetsbaar dat het nauwelijks tijd heeft om te branden en licht te geven. Het dooft uit door honger, gebrek aan drinkwater,…
Ofwel is het kaarsje op zich wel krachtig en sterk, maar wordt het vroegtijdig brutaal uitgeblazen door oorlogen of plotse klimaatveranderingen.
Maar dat die duizenden levenskaarsen vroegtijdig uitgaan is geen doem, geen noodlot, geen wil van welke goden of afgoden ook. Het is in zeer grote mate, laat ons zeggen voor meer dan 90 % een gevolg van de scheve wijze waarop deze wereld in mekaar zit met alle gruwelijke en onvoorstelbare gevolgen van dien.
In een wereld waarin de accumulatie van kapitaal in de handen – of liever in de klauwen – van steeds minder mensen als het hoogste goed wordt beschouwd;
waarin de vrijheid van het individu zo hoog wordt geacht en verabsoluteerd, dat de wet van de sterkste, die geldt in de jungle, alle bewegingen die ijveren voor solidariteit dreigt te overschreeuwen.
Het zijn die solidariteitsbewegingen die blijven zeggen en zingen dat “een andere wereld mogelijk is”, die niet de sterkste, maar wel de zwakste en de meest bedreigde mens in het centrum plaatsen.

Ook daarom zijn we hier samen: er moet recht geschieden in deze wereld.
Daarom steken we deze avond kaarsen aan!
Ja, waarom steken we kaarsen aan?
Waarom steken mensen kaarsen aan?
Ik las vorige week een stukje tekst uit het dagboek van Geert Van Moorter, dat hij schreef enkele dagen voordat de eerste Amerikaanse bommen zouden neervallen op Bagdad.
Ik citeer: “Op 17 maart namen we deel aan een symbolische bescherming van een brug over de Tigris. Er werden kaarsjes voor de vrede in de Tigris gezet. Mooie symboliek. Op de brug zagen we de zon ondergaan in het Westen, en de volle maan opkomen in het Oosten. Mooi zicht. Het was een actie door een paar boeddhisten opgezet. Toen we hand in hand stonden, met de kaarsjes voor ons op de grond, zei of zong iedereen gedurende vijf minuten het woord Vrede in zijn eigen taal. Dit moment van rust gaf een speciaal effect. Ik werd ontroerd en mijn stem stokte even. Een mooie belevenis. Ik wil me nog niet neerleggen bij het ‘de oorlog is onvermijdelijk’. Dit moment van meditatie deed me goed.
Mensen steken kaarsen aan om vele redenen: om aan een andere mens te denken die het moeilijk heeft na een sterfgeval of een scheiding; om aan de dochter of zoon te denken die een examen moet afleggen. Om zovele reden lopen ook niet godsdienstige mensen toch soms een kerk binnen om een kaars aan te steken.
Ik denk dat mensen kaarsen aansteken om zonder woorden uitdrukking te geven aan hun diepste verlangens, ook in situaties waartegen ze op het eerste gezicht weinig of geen verweer hebben. De kaars als uitdrukking van een verlangen naar vrede, naar recht, naar een goed leven. En we weten het maar alo te goed: deze 250 kaarsen zullen de wereld van honger, oorlog en onrecht niet in een handomdraai veranderen.
En toch doen we het, misschien wat in de lijn van het lied van Ramses Shaffey:
We zullen doorgaan
Telkens als we stil staan
Om weer door te gaan
Naakt in de orkaan
We zullen doorgaan
Tot we samen zijn
We zullen doorgaan
Als niemand meer verwacht
Dat we weer doorgaan
In een sprakeloze nacht
We zullen doorgaan
Tot we samen zijn.
Laten we er hier en nu een sterke avond van maken.
Niet in neerslachtigheid, maar met de vreugde van de hoop en de solidariteit op ons gezicht.
Want licht moet er zijn om de donkerste duisternis te verdrijven.
Aan ieder van jullie een fijne avond vol van “licht voor leven”.

0 Comments:

Post a Comment

<< Home